‘Leve familieleden die om elkaar geven’, zingt titelheld Gianni Schicchi uit de gelijknamige kluchtige opera van Giacomo Puccini, ‘leve de familie’. Maar ondertussen ontbrandt er haat en vete tussen de familieleden die elkaar naar het leven staan. Oorzaak: een erfenis van geld, huizen, molens, zelfs een muilezel. Opera Spanga brengt de opera als een filmverhaal in een grote tent in het Friese weiland, met live begeleiding door Sinfonia Rotterdam onder leiding van Conrad van Alphen.

Artistiek leider en regisseur Corina van Eijk zet op miraculeuze wijze het operaverhaal naar eigen hand, met gevoel voor het groteske en overdadig aangezette Italiaanse dramatiek en humor. De inzet van de opera is de huichelachtige bijeenkomst van familieleden die hun deelneming betuigen met het overlijden van Buoso Donati, die ze trouwens met veel vertoon van Italiaans pathos zelf om zeep hebben geholpen. Al snel ritselt het gerucht dat hij zijn vermogen heeft nagelaten aan de paters. Verrukkelijke aria’s volgen van de boze familieleden die moeten ‘vermageren en verhongeren’ terwijl de papen zich ‘volvreten’. De korte opera, die in New York in 1918 de wereldpremière beleefde, is weliswaar vrolijk getoonzet en geregisseerd, maar heeft harde akelige kanten.

Voorafgaand aan Gianni Schicchi biedt Opera Spanga ter gelegenheid van het 25-jarige jubileum een feestprogramma met terugblikken op de highlights. Zangers en zangeressen die eerder op het podium stonden en nu in Gianni Schicchi staan, treden op als mystery guests. Het publiek mag zijn enthousiasme uiten in een meezingversie van de ‘Triomfmars’ uit Verdi’s Aida, begeleid door het Frysk Orkest.

Overrompelend is het duet door sopranen Sandrine Buendia en Francis van Broekhuizen in de ‘Barcarolle’ van Offenbach. Deze interessante terugblik op een kwart eeuw Opera Spanga laat mooi de ontwikkeling zien van Van Eijk: ze zoekt voor het grote operarepertoire van Donizetti, Mozart, Verdi, Bizet of Puccini telkens nieuwe expressiemogelijkheden. Van het begin als openluchtopera in de tuin tot aan filmopera, van een drive-in opera tot een mix tussen film en live-muziek, zoals vorig jaar in Romeo en Julia, het paradijs ligt onder de voeten van je moeder.

Gianni Schicchi is geheel filmopera, schitterend geënsceneerd, gezongen, vormgegeven en geacteerd. Toch is het echt een bezwaar dat deze voortreffelijke cast niet live zingt; het succes van de terugblik voor de pauze bewijst dat juist de aanwezigheid van live zangers en zangeressen een onmiskenbare meerwaarde heeft. Zoals Francis van Broekhuizen als dramatische sopraan de zaal weet te bespelen, is operatesk zonder weerga. Nu is ze een van de vrouwelijke familieleden die zich gedragen als furiën, wraakgodinnen als in de klassieke oudheid, en de dode Donati niet bewenen maar bekrijsen.

De truc van de opera is dat de malafide Schicchi als nieuwe dode een nieuw testament opstelt, uitsluitend ter zelfverrijking. Zijn dochter Lauretta wil trouwen met Rinuccia, nicht van de dode Donati. In het oorspronkelijke verhaal is deze ‘zij’ een jongeman, Rinuccio, en gaat het over de liefde tussen jongen en meisje. Van Eijk maakt er de tedere, gepassioneerde liefde van tussen twee meisjes. Gender is voor de regie geen vast gegeven en nodigt uit tot verrassende transformaties.

Lauretta, vertolkt door Sandrine Buendia, is gekleed als de dichter Dante met zwart haar onder een rode muts. Dit is niet zomaar een Florentijnse versiering. Puccini’s librettist Forzano liet zich inspireren door een passage uit Dante’s Inferno over een man die zijn testament wil opmaken maar tegenwerking ondervindt van zijn zoon. Familie en hebzucht: ook dat is een thema uit De goddelijke komedie. De beroemde aria O mio babbino caro (‘Oh mijn lieve vadertje’) zingt Buendia prachtig verleidelijk. Ondertussen schmiert en schittert bariton Peter Michailov onweerstaanbaar. Van Eijk plaatst de dode Donati in een omgeving van naakte mannen en naaktfoto’s op zijn bureau. Zijn homoseksualiteit is duidelijk. Dit spel met sekseverwisselingen komt vaker voor in het oeuvre van Van Eijk.

Met de regie van Gianni Schicchi laat zij zien dat de taal en de uitdrukkingsmogelijkheden van de opera nog lang niet zijn uitgeput. Voor de theaterliefhebber is er ook veel te beleven aan deze Gianni Schicchi: een grote verrassing is opeens Do van Stek, te zien in de rol van dokter. Wil van der Meer zet een uiterst vileine erfgenaam neer, gefnuikt is hij, boos om niet geërfde goederen. In Dante’s Inferno komt de vervalser van het testament uiteindelijk in de hel terecht en moet hij afscheid nemen van het zonnige Florence.