‘Hiphop never invented anything. But hiphop reinvented everything’, zegt de New Yorkse rapper Grandmaster Caz, te zien op drie videoschermen, in de loop van Funkish, de nieuwste voorstelling van danscollectief ISH. Of het nu gaat om de wedergeboorte van het Jamaicaanse toasting als rap, of het hergebruiken van oude soul- en funkplaten als samples in de raps van de eerste grootmeesters: een inventieve omgang met bestaand materiaal en er met veel swag je eigen draai aan geven is kenmerkend voor de hiphopcultuur.

Funk is een van de oorspronkelijke pijlers. En funk is meer dan alleen muziek, funk is een gevoel. Deze voorstelling wil dat gevoel overbrengen in een setting die refereert aan het legendarische Amerikaanse TV-programma dat begon in de jaren zeventig, Soultrain: een groovy live band, groot oplichtende letters en een sympathieke danscrew die de moves voordoet om de kijkers aan het dansen te krijgen.

Heruitvinden is in dit stuk een belangrijke factor. Niet alleen onderzoekt Funkish de roots van de hedendaagse dans- en muziekstijlen die we vandaag als hiphop aanduiden, de show bevat ook een paar opwindende remixes van oude nummers, met als opvallendste een traag gebeatboxte versie van Stevie Wonder’s ‘Superstitious’, sfeervol begeleid door Jörg Brinkmann op een onverwachte cello en met gelaagde loops van MC Abdel Baaddi. Maar ook DJ Irie (Irie Weergang Bove) gaat op zijn manier een dialoog aan met bestaand materiaal: oude televisiebeelden waarin rappers en muzikanten, zoals de allereerste funky drummer Clyde Stubblefield, de ontstaansgeschiedenis van rap uit de doeken doen. Zo zie je een DJ op beeld een demonstratie turntabling geven, maar als je goed kijkt zie je dat het scratchen live wordt uitgevoerd. Het beeld wordt gelijktijdig op een zelfde manier schokkend en schuivend gemanipuleerd: dit is de cinematic DJ.

Bij de dansers valt Tamara Robledo Oud op door de grote diversiteit aan dansstijlen die ze binnen het ruime uur dat de show duurt laat zien. House, electric boogaloo, popping: ze laat het vloeiend in elkaar overlopen en creëert daarmee een heel eigen, communicatief vocabulaire dat het oog onverbiddelijk trekt – als we het dan toch hebben over het heruitvinden van het genre. Haar waacking, een stijl van dansen waarbij vooral de armen expressie geven aan de muziek, is sierlijk en krachtig, met een grote vertelkracht. Ze buit het prachtig uit in haar solo.

Robledo Oud biedt een goede tegenkleur binnen de groep dansers en vormt vooral een scherp contrast in bewegingsidioom met de andere vrouw in het gezelschap, Yordana Rodriguez. Zij blinkt juist weer uit in popping; het korte, ‘schokkerige’ bewegen dat ontstaat door een snel samentrekken en weer loslaten van bepaalde spieren. Tussen deze twee vrouwelijke uitersten in bewegen de drie mannelijke dansers aanstekelijk en met een grote glimlach. Niet allemaal even inventief mixend of spectaculair vernieuwend, maar zoals de MC al benadrukte: funk is een gevoel, en zo te zien voelt het goed.

Het beeld van Soultrain is dat van een vloer vol dansende mensen. Hiphop is van de straat, en om die uitgangspunten in een traditionele theaterzaal te plaatsen, met de pluchen stoelen en de frontale opstelling, is op zich ook weer te zien als een vorm van remixen. Al duurt het wat lang voordat de vonk overslaat – de groep moet vanavond echt aan de slag met het publiek, dat lang heel stil zit en blijft afwachten. Dat ligt ook wel aan de opbouw van Funkish, met een fors onheilspellender deel op tweederde van de avond waarin wordt ingezoomd op de strijd om gelijkheid van de zwarte bevolking in de VS. Het maakt deel uit van het verhaal dat hier verteld wordt, want ook deze strijd heeft de taal, de muziek en de inhoud van de urban subcultuur mede bepaald, maar het veroorzaakt een dip waar de zaal even uit moet klimmen. Uiteindelijk verspreid ‘that funky feeling’ zich dankzij de inzet van band en dansers toch door de zaal en zit er niemand meer met zijn billen op het pluche.

Foto: Studio Breed