Foutje is een echte Rosenfeld: geen verhaal of thema, maar een setting die als kader fungeert waarbinnen de gekste dingen kunnen gebeuren. Net als de vorige kindervoorstelling van choreograaf Arthur Rosenfeld, Wild thing (6+, 2013), is Foutje een continue afwisseling van pittige dansfrases, fysieke mime en verrassende muzikale intermezzo’s.

Nu het een voorstelling voor de jongsten betreft wordt de verhaallijn nog iets dunner en de scènes weer iets korter. Wellicht terecht met een spanningsboog van een vierjarige. Maar wat Rosenfeld vooral weet te creëren is een lekker snelle en prikkelende voorstelling waarin de goocheltruc samenvloeit met grootse sprongen en inventieve tekenkunsten.

Er staan drie deuren op het podium. Ze glitteren een beetje en wekken de indruk dat er iets magisch aan is. Een slaperig meisje wandelt het toneel op en nestelt zich met haar kussen op de schoot van een man uit het publiek. De aandacht is getrokken. Ze is schattig gekleed in wat overduidelijk tweedehandsjes zijn. Rode sokken, gehaakt vestje en een mutsje met berenoortjes. Het oogt smoezelig. Met de introductie van nog twee slaapkoppen, twee jongens in retro ogende blauw-rode pakken, start het avontuur.

Rosenfeld, die eerder als maker en danser al zijn eigen onhandigheid op openhartige wijze toonde met Blind Date (2013), gemaakt voor het Act Your Age-project van de Nederlandse Dansdagen, wilde met Foutje ook aan de kleintjes laten zien hoe onhandig zijn ook zijn charme heeft en zelfs in je voordeel kan werken.

Het is niet het zeer basic en bijna slordige toneelbeeld waarvan Foutje het moet hebben. Maar het zijn de strakke slapstick-scènes en de grappige goocheltrucjes die Rosenfeld effectief en verrassend weet in te zetten. Groene balletjes die tevoorschijn komen uit een mond en dansers die verdwijnen en weer opduiken achter dansende deuren, het roept een heerlijke verwondering op bij het jonge publiek, die daarna al gauw overrompeld wordt door indrukwekkende breakdance moves.

Foto: Phile Deprez