Tijdens SPRING Performing Arts Festival organiseert theatermaker Dries Verhoeven tien theatrale missen in de Utrechtse Sint Willibrordus kerk. Daarmee blikt hij terug op bepaalde waarden die onze maatschappij heeft verloren of dreigt te verliezen. In de eerste mis wordt het maatschappelijk draagvlak voor de kunst ten grave gedragen, een inkoppertje voor een incrowd publiek tijdens de première.

Voor de kerk in hartje Utrecht verzamelt het publiek zich, niet iedereen heeft zich aan de zwarte kledingcode gehouden. Voor het betreden van de kerk worden we persoonlijk door Verhoeven verwelkomd, iedereen krijgt een programmablaadje en eenmaal binnen staat daar al direct de kist in een kleine ruimte die uitpuilt van de kaarsen. Onder het glas ligt de overledene: een antieke radio met een verlept bosje rozen. De kerk ruikt overdadig naar wierook en we passeren het in zwarte tenues geklede koor (JIP). De bonte en uitbundige aankleding van de kerk dateert uit de late neogotiek, ze heeft dan ook een culturele ANBI status; een studie van het interieur van deze kerk is op zichzelf al een beleving. Ondanks de uitbundige beschilderingen en tierlantijnen is de plek een oase van rust.

De uitvaart is een dienst die de rituelen van een doorsnee katholieke uitvaartmis volgt. Er is een voorganger en er zijn misdienaars, allen acteurs. Er wordt gesproken door de voorganger, door een familielid (Henk Scholten), er wordt gezongen en er is muziek (The show must go on). Alles in de teksten staat uiteraard in het teken van de overledene; in deze mis is dat het draagvlak voor de kunst. Dat gegeven werkt soms op de lachspieren vooral als even het Spuiforum in Den Haag de revue passeert of de bezoekersaantallen van SPRING. Al het werk van De uitvaart, inclusief de geloofsbelijdenis, zit in de ombuiging van teksten. Het werkt en het is uitermate geestig, soms zelfs ontroerend zoals in de preek waarin het draagvlak voor de kunst de metafoor krijgt van een breekbare oude man.

De collecte komt ten goede aan het Fonds Podiumkunsten en de hostie is een muntje van twee cent, ‘geld van de gemeenschap’, zegt de priester nog. Na afloop wordt de kist door officiële dragers richting de schouwburg gedragen waar op een groen terrein alle ‘doden’ de komende dagen begraven zullen worden. Dat maakt nieuwsgierig naar het onderwerp van de overige uitvaarten (o.a. verzorgingsstaat, privacy). De eerste editie van De uitvaart is een gimmick, geen performance die beklijft. Veel interessanter is het waarschijnlijk om te ontdekken wat de komende dagen het werkelijke publiek zal zijn dat op De uitvaart afkomt. Zeker is, dat ook zij na afloop zullen worden gezuiverd door de vaste religieuze gemeenschap van de Willibrordus kerk, die zich buiten de kerk met rozenkransen hebben opgesteld.

Foto: Willem Popelier