De leegte. Daar begint het mee. Een groot gapend gat. Met daarin een dolend mensje. Er voegen zich wat mensen bij. Oude mensen, moeizaam voortgaand. Op het groene kunstgras wordt een onbeholpen dansje gedaan. Met grasmaaiers. Een nutteloze exercitie. De muziek waarop ze bewegen ontspoort langzaam en gaat geleidelijk over in een slow-backward. De toon is gezet. De laatkomer wordt geen lichtvoetige bewerking van Dimitri Verhulsts gelijknamige novelle.

Dat vermoeden had ik al een beetje. Na binnenkomst lag pal na de entree van de schouwburg een groep mensen in een cirkel op de grond. Oude mensen, allemaal royaal de zestig gepasseerd zo te zien. Een social sculpture, bleek later uit een programmablaadje, deel uitmakend van een nevenproject dat Adelheid Roosen op verzoek van regisseur Ola Mafaalani had uitgevoerd met ’19 oude wijzen uit het Noorden’. Na afloop verkopen ze buiten ijsjes.

Na het indrukwekkende openingsbeeld neemt Hans Dagelet het woord. ‘Hoewel volkomen opzettelijk, is het zeer tegen mijn zin dat ik iedere dag opnieuw in mijn bed schijt,’ zegt hij. Hij is Désiré Cordier, een 74-jarige oud-bibliothecaris die, beter laat dan nooit, het besluit heeft genomen zijn vrouw te verlaten. Niet door van haar te scheiden, daar was hij zijn hele leven al te laf voor, maar door dementie voor te wenden. Zo gek als een deur worden, dat zal zijn stijve, truttige, in-en-inburgerlijke wijf leren!

Zonder al te veel moeite slaagt hij voor zijn dementie-examen en zo treffen we hem aan in Home Winterlicht. Als nepdemente, herinneringen ophalend aan zijn verspilde leven met zijn gezin en reflecterend op zijn nieuwe bestaan als Alzheimerpatiënt. Dat tehuis bestaat in de vormgeving van André Joosten uit niets meer dan een lange, witte achterwand met enkele deuren. De leegheid is extreem voelbaar. Kaal is het, kaal blijft het. En op dat enorme podium verricht Dagelet zijn tour de force.

Zoekend naar woorden, de literaire taal van Verhulst besnuffelend dan wel uitspugend, geeft hij op een overrompelende wijze gestalte aan het personage dat zo overduidelijk zijn eigen graf aan het graven is. Van de puinhoop die zijn leven toch al was is hij nu beland in het afvoerputje. Van de ene hel naar de andere. En ondanks de sprankjes hoop is de weg naar het eenzame einde onafwendbaar. Zijn nieuwe rol blijkt net zo’n dwangbuis als de vorige.

Gaandeweg vloeit Cordier samen met zijn omgeving. Als op zijn verjaardag zijn medebewoners hun uiterste best doen de evergreen Hoe je heette dat ben ik vergeten kwelen, levert dat een memorabele scène op. In Home Winterlicht is namelijk ook zijn jeugdliefde Rosa opgenomen en juist zij, gekluisterd aan een rolstoel, zingt loepzuiver en daardoor hartverscheurend. Het moet zijn pijn alleen maar groter maken. De laatkomer is een te-laatkomer.

En zo strompelt hij naar het eind, als het moet naakt in een incontinentieluier dan wel woordeloos naar zijn dochter luisterend, die hem toevertrouwt haar man te verlaten ‘omdat het op is’.

Zij wel.

Foto: Reyer Boxem