Andreas Denk schuifelt tussen de schragen vol boeken. Hij is in de bieb. In zijn hand een plastictas van de Hamsterweken. Vlak voor sluitingstijd komt er nog iemand binnen: Jordi Casanovas kruipt onder een bureau met computer. Dan sluit de bieb en komt er een deken uit de Hamsterwekentas waaronder Andreas Denk zich verstopt: een nacht vol avonturen volgt.

Buurman in de bieb is de derde slapstick-acrobatische-dansvoorstelling in een reeks ‘Buurman-voorstellingen’ van Plan D-. Net als in Buurman op vakantie en Buurman in de winter staat ook deze voorstelling van het duo Denk en Casanovas bol van alledaagse handelingen die uitmonden in een prettige chaos. Dit keer brengen Denk en Casanovas al lezend en dansend een wereld vol verhalen tot leven. Ze verdwalen in de jungle, treden op als balletdanser en trompettist, worden blind, genezen weer en belanden in het Wilde Westen.

De voorstelling is van begin tot eind verrassend en de vlotte licht-absurdistische danskunsten van het tweetal zijn volledig geïntegreerd met het boekendecor. Een schemerlampenkapje is net zo makkelijk een zeventiende-eeuwse molenkraag als een tutu of indianentooi; de staanders van de boekenplanken worden boomstammen in een kolkende rivier of gewoon onhandig heen en weer gegooid en de boeken zelf herbergen schatten aan muziek en geluiden, treffend uitgekozen door Wiebe Gotink. Zodra de boeken worden opengeslagen klinken er huilende baby’s of trompetterende olifanten, jazzy zwijmelmuziek of Bach. Daarop beleven de twee mannen intense emoties, proberen ze de emoties van de ander te begrijpen door elkaars fysieke uitingen te kopiëren, klauteren ze op elkaars nek of geven ze een showballetje weg.

De voorstelling komt wat moeizaam op gang met een overbodige anekdote over een doorgeslagen stop en een computer die uitvalt, een wat al te lange ‘boeken-afpak-danssequentie’ en ander, een tikje ‘dansant gedoe’ met boeken, maar als de associatieve molen eenmaal opgang is, komt de slapsticktiming van het tweetal dansers tot zijn volle recht en stijgt de fysieke verbeeldingskracht tot een mooie hoogte.

Foto: Leo van Velzen