‘Een advocaat moet zijn geweten thuis laten’, preekt topadvocaat John Milton tegen zijn nieuwe aanwinst, de getalenteerde Kevin Taylor. Milton is een advocaat van kwaaie zaken, een ‘maffiamaatje’ dat hoge pieten en rijke schuinsmarcheerders helpt hun wandaden te verdoezelen. In één moeite door helpt hij hun onschuldige slachtoffers het graf in. Daarmee lijkt Milton een satanische figuur en dat is expliciet de bedoeling van Advocaat van de duivel van Bos Theaterproducties. Jammer dat Victor Löw voor de rol van de duivelse Milton net niet demonisch genoeg is.

Kevin Taylor is een succesvolle jonge advocaat in een provinciestadje. Hij valt op in het circuit van de harde advocatuur wanneer door zijn toedoen een pedofiele dader wordt vrijgesproken en het slachtoffer terzijde wordt geschoven. Dat valt niet goed in het stadje. Kevin krijgt daarop een veeg uit de pan van zijn provinciaalse baas. Dus als hij een aanbod krijgt van het staalharde gerenommeerde advocatenkantoor van John Milton in New York, is de keuze snel gemaakt. Een exorbitant salaris plus een gratis luxe appartement in Manhattan trekken ook zijn naïeve vrouw Mary Ann over de streep. Uiteraard wordt Kevin door John Milton vooral ingehuurd om foute types vrij te pleiten met zijn gewiekste pleidooien.

The Devil’s Advocate is een Faustiaans verhaal: ambitieuze jongeman verkoopt zijn ziel aan de duivel in ruil voor geld, seks en aanzien. Hoewel de gelijknamige roman van Norman Neiderman de basis vormt van het toneelstuk, is het verhaal vooral bekend door de filmbewerking, met Al Pacino en Keanu Reeves in de hoofdrollen. Diezelfde roman is nu bewerkt voor toneel door Julian Woolford. Bos Theaterproducties heeft met de Nederlandse versie wereldwijd de theaterprimeur.

Regisseur Ursul de Geer heeft de beschikking over Victor Löw, Waldemar Torenstra en Marieke de Kleine in de hoofdrollen. Vooral Löw en Torenstra zijn aan elkaar gewaagd. Daarnaast een viertal stevige acteurs die alle andere (dubbel)rollen voor hun rekening nemen. Het ingenieuze decor bestaat uit niets meer dan een beeldscherm, een klassiek rechtbankhekje en vijf bureaus die kunnen dienen als alle nodige locaties, van een podium tot een begraafplaats.

Uitstekende acteurs en een goed gegeven – maar toch mist deze voorstelling gewicht. Advocaat van de duivel is niet eng genoeg, niet gevaarlijk genoeg. Victor Löw als de perfide advocaat John Milton komt in eerste aanleg intimiderend over, maar is uiteindelijk niet echt demonisch. En het verhaal is in feite ook niet scherp genoeg, of liever: het is te realistisch. Het kan namelijk best kloppen: een advocaat van kwaaie zaken die in Manhattan schuldige daders de gevangenis uit kletst. Daarvoor hoef je geen duivel te zijn en evenmin bezeten.

Volgens het bijgeleverde programmaboekje is een mogelijke interpretatie van de tekst dat die hele John Milton niet bestaat, dat hij alleen leeft in de fantasie van Kevin die zelf zijn juridische schoftenstreken bedenkt en ze vorm geeft. Die interpretatie komt er in de voorstelling niet uit. Weliswaar is de jonge ambitieuze Kevin jaloers omdat zijn vrouw net iets te lovend is over de baas. Maar dat John Milton een fantoom zou zijn, blijkt nergens uit.

Ook zonder doodenge Milton en zonder juridisch spook is dit echter wel degelijk een goede avond theater. In elk geval is het idee dat een sterke jurist iedereen kan manipuleren en omver kletsen even realistisch als beangstigend.

Foto: Raymond van Olphen