Tien jaar geleden won Achter ’t eten de Grote Theaterfestival Prijs op het Vlaams Theaterfestival. Ter gelegenheid van dit jubileum en als eerbetoon aan de in 2010 overleden theatermaker en regisseur Eric De Volder is de voorstelling voor het Vlaams Theaterfestival van dit jaar hernomen.

De vloer in de Rode Zaal van deSingel is leeg. In het midden is met licht een donker vierkant getekend. Langs de kanten lopen wit uitgelichte banen. Een actrice met donkere schminkvlekken op haar gezicht en een rood verwrongen mond loopt steeds sneller de banen af, onverstaanbaar woorden mompelend, in toenemende mate geagiteerd. Op het donkere vlak staat een andere vrouw, eveneens vlekkerig geschminkt, in een vale jas en met een grote gestreepte plastic tas in haar hand. De oudere vrouw verwijt het ‘meisken’ dat zij niet voor haar zorgt. Hoe kan zij dan voor haar ‘meisken’ zorgen? We kijken naar een moeder en een dochter, we zien twee vrouwen die in ellende tot elkaar zijn veroordeeld.

Uitgangspunt voor Achter ’t eten is een bundel brieven uit de jaren zeventig van de vorige eeuw. Eric De Volder, die in 2010 in de nacht na de première van zijn voorstelling Frans Woyzeck in de Gentse schouwburg onverwachts overleed, bewerkte die brieven tot een theatertekst, Dick van der Harst voegde een aantal liederen toe. De moeder en de dochter blijken slachtoffer van incest, van vader op zoon en van buurman op buurman doorgegeven, verkracht in achterkamertjes en in de uitloop van processies waarin de moeder met de vlag voorop loopt, waardoor ze niet kan zien wat er ‘achter ’t eten’ met haar dochter wordt uitgespookt.

De twee actrices roepen met razendsnelle rolwisselingen en beeldende teksten een wereld op die de toeschouwer naarmate de voorstelling vordert aanvliegt en bij de keel grijpt. Een wereld waarin dokters, politiebeambten en prelaten hun dubbelzinnige rol spelen, waarin de donkere kanten van een familie tegenover het onbegrip van de maatschappij staan. Moeder en dochter zakken steeds dieper in de modder weg; slachtoffers van mannen die zich niet kunnen inhouden en van mannen die liever wegkijken. ‘We kijken toe en het gebeurt,’ zegt de onmachtige moeder op zeker moment. Toch doorbreken de vrouwen hun onderworpenheid als ze aan het slot tot handelen overgaan en het opgedrongen kind letterlijk de adem benemen. De orde lijkt hersteld.

Marijke Pinoy en Ineke Nijssen geven op onnavolgbare wijze gestalte aan de moeder en de dochter, in een complexe regie waarin volkse thema’s en de mens in zijn kleine leefwereld – De Volders geliefde thema’s – met behulp van groteske elementen – De Volders specialiteit – tot een tijdloos drama worden getransformeerd. De muziek van Dick van der Harst, een van de vaste componisten van LOD muziektheater, kerft de zielenpijn van moeder en dochter recht in het hart van de toeschouwer. Overeenkomstig de opvatting van De Volder dat wanneer emoties te groot worden, je ze moet gaan zingen.

In 2004 schreef de jury in haar rapport: ‘Achter ’t eten laat zien wat theater vermag. Door juist het realisme te ontvluchten, is het mogelijk de werkelijkheid in zijn rauwe naaktheid te betrappen. Een onderwerp als incest, waarbij clichés al snel om de hoek kijken, blijkt dan de drijfveer te kunnen zijn van een ontroerend en fascinerend schouwspel. Daarbij slagen de makers er op fenomenale wijze in deze familieaangelegenheid in een maatschappelijk, en ook in deze tijd herkenbaar, kader te plaatsen. In Achter ’t eten valt alles op de juiste plek: de muziek, de tekst, de taal, het acteerwerk en de mise-en-scène.’ Dit oordeel bleek bij deze heropvoering nog onverkort van toepassing.

Achter ’t eten riep ook die andere overweldigende vrouwenvoorstelling van De Volder en Van der Harst in herinnering: Diep in het bos, in 2000 gemaakt naar aanleiding van de ‘affaire Dutroux’. De zeven actrices (onder wie ook Ineke Nijssen) zouden bereid zijn de voorstelling op te nemen. Ondergetekende is bereid om er voor de vierde keer naar te komen kijken.

Foto: Tania Desmet