Het naakte en seksuele lichaam is dikwijls onderwerp in het werk van de Deense choreograaf Mette Ingvartsen. In 7 Pleasures verbindt Ingvartsen het met het concept plezier. Dat levert sterke beelden op, maar het plezier is al snel over zijn hoogtepunt heen in deze voorstelling, die rakelings langs de clichés schuurt.

Niet de zeven zonden staan centraal in de nieuwste voorstelling van Mette Ingvartsen, maar dat wat tegenover die zonden staat, het plezier. Toch is 7 Pleasures niet per se een vrolijke performance. Integendeel, en daarmee zijn we terug bij de zonden, die ook wel een aandeel hebben in deze voorstelling. Om te beginnen wordt het begrip kuisheid al direct getart. Dansers die zich te midden van het publiek uitkleden; als het gaat om het naakte lichaam weet Ingvartsen haar publiek altijd wel te provoceren. In haar vorige voorstelling 69 Positions (ook alweer zo’n fijne titel) reconstrueerde ze zelfs haar eigen werk op dat front en plaatste ze het temidden van de activistische naaktkunst in de geschiedenis van de dans- en performance. 7 Pleasures is duidelijk een vervolg op die solo, door Ingvartsen zelf gedanst.

Nadat ze de voorstelling heeft geopend met een ferm trillende housebeat en ons daar direct mee heeft wakker geschud, gooit Ingvartsen dat naakte lichaam direct al in de strijd. Voor het eerst werkt ze ook met een grote cast van maar liefst twaalf dansers. Niet alleen afgetrainde danserslichamen zijn het, hier en daar bolt een buikje en sommige dames hebben gewoon okselhaar. Eenmaal opgestaan van hun plek op de publiekstribune en volledig uitgekleed, draperen zij hun lichamen rondom een bank. Die bank vormt het middelpunt van een sober huiskamerdecor met een paar merkwaardige in oranje touwen gehulde lampen. Wanneer de pompende beat wordt ingeruild voor een stilte glijden de twaalf in traag tempo, als een groot wulps bewegend lichaam, door de huiskamer. Het is een adembenemend plaatje, dit levende tapijt.

De structuur van 7 Pleasures is glashelder. In een volgende fase verspreiden de twaalf zich in de ruimte en ontstaan solo’s op of met de verschillende objecten in de ruimte; een tapijt, stoel of salontafeltje. De vibrerende bewegingen van de dansers creëren een nieuwe dynamiek. Touw en tuinslangen komen tevoorschijn en geleidelijk transformeert de huiskamer in een unheimische darkroom. Dansers vormen duo’s of trio’s en klemmen elkaar, al dan niet met hulpmiddelen, tussen de objecten. Maar ergens in dit deel verliest 7 Pleasures zijn magie en wordt de voorstelling erg duidend. Dat wordt sterker nog als de helft van de dansers zich weer aankleedt en er twee groepen ontstaan; de naakten en hun zwart geklede schaduwen. In een vaag machtsspel gaan ze met elkaar aan de haal.

Alsof Ingvartsen niet helemaal wist hoe ze tot het fantastische en muzikale eindbeeld moest komen. Daarin laat de groep ten slotte een eigen geluid horen, dat een antwoord formuleert op de afstandelijke beat van het begin. Met 7 Pleasures maakt Ingvartsen een beweging naar de grote zaal. Die stap is interessant, maar er is nog wel een slag te slaan als het gaat om zeggingskracht en gelaagdheid. Geluid, vormgeving en scenografie mogen nog meer afdwingen.

Foto: Marc Coudrais