Pantomimegrootheid Rob van Reijn is op 15 november overleden op 86 jarige leeftijd. Hij werd alom bekend met zijn alter ego Mannetje Maccus, de succesvolle Holland Festival-voorstelling Exegese (1974) en het Rob van Reijn Theater. Zijn carrière besloeg meer dan vijftig jaar.

Al op jonge leeftijd had Van Reijn een grote liefde voor het toneel. Een loopbaan als acteur werd hem echter in de weg gezeten door een schisis (hazenlip), waardoor hij een spraakgebrek had. Toch bleef het toneel hem trekken en na een geslaagde hersteloperatie aan zijn lip koos hij in 1948 voor de pantomime. Zijn grote voorbeelden waren de Nederlandse clown Johan Buziau (1877), stomme filmacteurs Charlie Chaplin (1889) en Stan Laurel (1890) en de Franse pantomime van Marcel Marceau (1923).

Hij begon met ballet-, acrobatiek- en toneellessen en kreeg in 1950 zijn eerste officiële contract in nachtclub Domino. Twee jaar later richtte hij met Lizzy Sarah May en Jan Bronk de Nederlandse Pantomime Stichting op. Hij doceerde bewegingsleer aan onder anderen Ramses Shaffy en Joop Admiraal. In 1967 werd hij artistiek leider van de Stichting Pantomime Theater Carrousel, waarmee hij onder andere De vioolbouwer, Kasjtanka, Harlekinade en Spaghetti van Menetti maakte.

Als solo-artiest maakte hij in 1971 de voorstelling Compromise en in 1974 Exegese tijdens het Holland Festival, met zwijgend spel van Van Reijn en een gesproken bijdrage van acteur Henk van Ulsen. Van Reijn voelde zich een pleitbezorger van de pantomime en mime en richtte daartoe het Pantomime Theater Rob van Reijn op, in de volksmond meestal het Rob van Reijn Theater genoemd. Hij maakte familievoorstellingen als Scrooge & Marley, Don Quichotte en V.I.P. en gaf cursussen, lessen en lezingen.

Zijn veertig jarig jubileum vierde hij in 1989 met de voorstelling Het Reijngoud Mysterie. Hij speelde in het buitenland en publiceerde in 2000 de roman Voetlicht en vetpotten, over Jan van Well in en om de schouwburg.

Foto: Groepsfoto Rob van Reijn Theater, met linksvoor Rob van Reijn