Sinds de bezuinigingen van 2012 wordt het gesprek over kunst gedomineerd door cijfers en beleidstermen. In de vierdelige serie ‘Onvermijdelijke gesprekken over theater en de wereld’ proberen initiatiefnemers Frascati, NRC Handelsblad, de Brakke Grond en de Boekmanstichting de relatie tussen kunst en de wereld op niet-beleidsmatige gronden te bespreken en ruimte te scheppen voor een nieuwe taal over de waarde van kunst. Op 5 september vond de vierde en laatste editie plaats in de Brakke Grond in het kader van het Nieuwe Grond programma van het Nederlands Theaterfestival met als titel: Tot slot… de toekomst.

Zoals ook bij de eerdere edities werd dit gesprek gemodereerd door Ann Demeester. Aan tafel zaten theatermaker Marjolijn van Heemstra, trendwatcher Farid Tabarki, journalist en theaterwetenschapper Ciska Hoet en politiek activist en lobbyist Sywert van Lienden. Het gesprek kreeg als opdracht om over het verleden en het heden heen naar de toekomst te kijken: welke rol moeten kunst en kunstinstellingen in die toekomst gaan innemen?

Dat er een hoop gaat veranderen in de culturele sector wordt gedurende de avond wel duidelijk. Het gesprek vertrok vanuit de Nederlandse en Vlaamse Staat van het Theater, die de afgelopen weken door respectievelijk Bas Heijne en Wouter Hillaert zijn uitgesproken. Moderator Ann Demeester legde aan de gasten de metafoor voor die Heijne hierin gebruikte: het theaterlandschap is onze kersentuin, maar wij hebben deze verwaarloosd. Volgens Ciska Hoet komt deze crisis door de starheid van onze instituten. Hoet: ‘We moeten niet vergeten dat ook in de cultuursector machtsstructuren een rol spelen, zoals overal. Ik hoop alleen dat wij daar een alternatief voor kunnen vinden, maar daarvoor moeten we radicaal handelen.’

Volgens Farid Tabarki is deze crisis helemaal niet uniek voor het theater en brengt juist nieuwe mogelijkheden. Tabarki: ‘Niet alleen kunst zit in crisis, maar de hele samenleving. We gaan van een piramidevormige naar een vloeibare samenleving. Dynamisch maar onoverzichtelijk en vol onzekerheid. Kunst kan die vloeibare samenleving uitbeelden, nieuwe verbindingen leggen!’ De parallel werd getrokken tussen kunst en het festival Burning Man, waarbij chaos, tijdelijkheid en ad hoc gezamenlijkheid de boventoon voeren. Er is een grote behoefte aan informele happenings, waar mensen zich tot tijdelijke gemeenschappen kunnen verbinden. Is dat de kunst van de toekomst?

Daarmee kwam het gesprek in fundamenteel hoopvol water. Alle gesprekspartners waren er namelijk van overtuigd dat kunst, ook in de toekomst, eigenschappen heeft die van belang zijn. Marjolein van Heemstra: ‘Kunst kan iets in beweging zetten. We moeten stoppen concrete resultaten te verwachten en de beweging zelf als het resultaat zien.’

Welke vorm die kunst van de toekomst dan moet krijgen, daar kwamen de sprekers nu nog niet niet uit. Het sociaal-artistieke theater (theater dat werkt met gemeenschappen) en kunst via de VR-bril (met een ervaring die niet meer van de live ervaring te onderscheiden zal zijn) zijn voorbij gekomen als mogelijke toekomstvisioenen. Maar misschien zijn er nog vier onvermijdelijke gesprekken nodig om daar een antwoord op te krijgen.

foto: Anna van Kooij