In Milaan is op 90-jarige leeftijd de Italiaanse toneelschrijver, regisseur, acteur en komiek Dario Fo overleden. Hij schreef meer dan tachtig toneelstukken, waarvan Mistero Buffo het bekendste is, maar was in de eerste plaats een moderne pleitbezorger van de traditie van het volkstoneel van de commedia dell’arte. In 1997 won hij de Nobelprijs voor de literatuur voor zijn toneelwerk, waarin hij ‘de Middeleeuwse nar doet herleven door autoriteit te geselen en de waardigheid van de vertrapten te verdedigen’. 

Dario Fo (1926, San Giano) baseerde zijn werk op de Italiaanse toneelvorm commedia dell’arte, het geïmproviseerde theater dat naast komisch vermaak ook afrekende met regenten en hoogwaardigheidsbekleders. De satires van Fo waren vaak links en kritisch tegenover corruptie, misdaad, racisme, de katholieke kerk en oorlog. Ook de partij Forza Italia van oud-premier Silvio Berlusconi kreeg er van langs. Het maakte de politieke clown geliefd bij de gewone Italiaan, minder bij de heersende klasse. Fo stond tijdens zijn leven zo’n 40 keer terecht wegens belediging van machthebbers en werd zelfs meerdere keren op het toneel gearresteerd.

In 1951 ontmoette Fo zijn vrouw Franca Rame, met wie hij zich al na enkele weken verloofde. Ze richtten samen de eerst nog aan de communistische partij gelieerde theatergroep Nuova Scena op en bleven tot aan haar dood in 2013 samenwerken. Traditionele theaters keerden ze de rug toe. De voorstellingen werden opgevoerd in fabrieksloodsen, hallen en vrouwenhuizen.

Hun internationale doorbraak kwam er in 1969 met Misterio Buffo, een herwerking van het evangelieverhaal waarin een onderdrukte, de nar, in opstand komt door de lach. Andere bekende titels werden Een vrouw alleenDe toevallige dood van een anarchist en Open huwelijk.

Fo’s toneelstukken zijn vertaald in dertig talen en over de hele wereld uitgevoerd. Bij de Nederlandse Opera regisseerde hij in de jaren tachtig Rossini’s De barbier van Sevilla en L’Italiana in Algeri, opera’s waarin de invloed van de commedia dell’arte ook nadrukkelijk aanwezig is. De eerste productie kan met vijf reprises de meest succesvolle uit de geschiedenis van De Nederlandse/Nationale Opera genoemd worden.

In Vlaanderen werd Fo bekend nadat enkele medewerkers van de Antwerpse KVS in 1972 een Nederlandse (en later ook Franse) bewerking van Mistero Buffo opvoerden, met onder meer Jan Decleir, Hilde Uitterlinden en Dora van der Groen in de hoofdrollen. Op 16 november 1972 ging de productie in première in de kleine zaal van de Brusselse Munt en onmiddellijk daarna groeide die uit tot een enorme hit. Daarna besloten enkele leden van de gelegenheidsgroep met hetzelfde soort theater door te gaan en zo werd in 1973 het ‘maatschappijkritiese’ Kollektief Internationale Nieuwe Scène opgericht. Hun politiek theater zou het Vlaamse theaterlandschap tijdens de jaren zeventig blijven domineren.

Ter gelegenheid van de World Theatre Day van 27 maart 2013 schreef Dario Fo de Internationale Theaterboodschap. Hij verkondigde daarin dat hoe moeilijker het theater het krijgt in tijden van crisis, hoe beter het eigenlijk is, want hoe meer inspiratie de acteurs zullen krijgen om theater te maken.