Verschillende werkgevers- en werknemersorganisaties en sociale fondsen uit de cultuursector starten samen een fonds om werkgelegenheid te behouden en personeel ‘duurzaam inzetbaar’ te maken. Vanuit de culturele sector is er 2,2 miljoen euro in het fonds geïnvesteerd; een bedrag dat door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt aangevuld tot 4,4 miljoen euro vanwege de Regeling cofinanciering sectorplannen.

Aan dit Sectorplan Cultuur ging een knelpuntenanalyse vooraf, een verkennend onderzoek en een rondetafelconferentie waarin de belangrijkste problemen binnen de sector werden onderzocht. In februari 2014 kwamen hier negen grote problemen boven tafel, die zijn omgezet in negen maatregelen die de problematiek op korte of lange termijn aanpakken. Het project zal twee jaar duren.

Zo worden er honderd leerwerkplekken voor jongeren gecreëerd, waardoor recent afgestudeerde studenten relevante werkervaring binnen en buiten de creatieve sector kunnen opdoen. Ook zullen achthonderdvijfentwinig werklozen en werkzoekenden intensieve, individuele begeleiding in loopbaantrajecten krijgen en komt er scholing in ondernemerschap voor vijfhonderd zzp’ers en tweehonderd werknemers. De verbetering van het personeelsbeleid, aandacht voor loopbaanontwikkeling en het duurzaam inzetten van werknemers zal moeten leiden tot een goede basis voor het werken in de culturele sector.

Het samenwerkingsverband bestaat uit de Federatie Cultuur, Federatie Creatieve Industrie, FNV Kiem, Sociaal Fonds Podiumkunsten, Mobiliteitsfonds Kunsteducatie, Omscholingsregeling Dans, O&O-fonds PodiumKunstWerk en Cultuur-Ondernemen, tevens hoofdaanvrager en penvoerder. Deze organisaties bieden werk aan zeker 256 duizend werknemers en willen in een tweejarig project de duurzame inzetbaarheid van 3.375 medewerkers stimuleren en behouden. Door de samenwerking van verschillende partijen uit de sector zal het plan alle kunstvormen omvatten, van toneelgezelschappen tot bibliotheken en vormgevingsbureau’s.

(Foto: Erik Akkermans – Voorzitter Stuurgroep Sectorplan Cultuur – door René Manders)